Gisteravond weer eens de film Artificial Intelligence gekeken. Voor de mensen die ‘m niet kennen: over een robotjongen die in een echt gezin terecht komt, echte gevoelens ontwikkelt en dan weer weggestuurd wordt. Hij gaat op zoek naar de Blue Fairy, die ervoor moet zorgen dat hij “echt wordt” zodat z’n moeder van hem kan houden.
Een ontroerende film, die voor mij draait om wat echt is en wat niet echt is (en wanneer is iets echt?) en om de zoektocht naar liefde en geluk.
Hoe ouder ik word hoe meer ik besef dat het ervaren van geluk en liefde alleen bereikbaar is als je (opr)echt bent. Ten eerste naar jezelf en ten tweede naar de mensen om je heen. En dat het ervaren van liefde en geluk niet afhankelijk is van andere mensen, maar dat je dat zelf creëert, dat je dat zelf in de hand hebt door eerlijk naar jezelf te zijn. Neemt niet weg dat het delen van die liefde en dat geluk samen met anderen ook heel fijn kan zijn. Met mensen die open staan voor anderen, die hun hart durven te laten zien en hun diepste gevoelens. Alleen dan kun je echt contact maken met elkaar en echt geluk delen. Maar dat vereist ook moed. Althans dat denken veel mensen. Die zeggen dat het je kwetsbaar maakt als je je open stelt. Maar ik ervaar het meer als kracht; durven laten zien wie je bent en waar je voor staat. Hier ben ik: what you see is what you get. En soms, heel soms, kan dat inderdaad pijn doen. Word je teleurgesteld door de ander. Althans dat denk je… want wat er eigenlijk aan de hand is, is dat je eigen verwachtingen anders waren dan die van de ander. En daar mag je die ander niet de schuld van geven.
Open staan dus voor jezelf en die ander.

Geef een reactie